Ons kampvuur waterval
Het gevoel van ontzag en verwondering, zo noemden de Cree dit deel van de Rocky Mountains. Beter bekend als Yoho Nationol Parc, het kleinere broertje van Banff en Jasper National Parc. Ik geef ze geen ongelijk, dat is zeker het gevoel wat wij hebben tijdens een wandeling op zoek naar de Wapta Falls, de grootste waterval van de Kicking Horse River. Het is zeker niet de grootste waterval in de omgeving, met een hoogte van slechts 30 meter en een breedte van 150 meter. Deze waterval en zijn landschap heeft indruk gemaakt. Het is een plek waar we nog steeds aan terug denken, elke keer zeggen we daar gaan we nog een keer naar terug. Een plek die ook bij Wouter een grote indruk heeft achtergelaten.
We parkeren de auto op de half volle parkeerplaats en beginnen aan de 2 km lange wandeling door een stuk ongerepte natuur. Echt druk is het niet, we komen maar mondjes matig mensen tegen. Wouter is ongeduldig en vraagt steeds of we er al zijn. In het bos is het stil en we luisteren of we de waterval al kunnen horen. Als we dichterbij komen, horen we het geraas van de waterval zachtjes in de verte. Er is nog geen glimp op te vangen van de rivier of de waterval door alle bomen. Langzaam wordt het geluid sterker en sterker.
Na zo’n 45 minuten komen we bij het eerste uitkijkpunt aan. Hier is niet veel te zien, dus klauteren we over de boomwortels langs het hek naar beneden. We lopen langzaam om niet te struikelen over de wortels, die kronkelend het pad bedekken. We zien de rivier door de bomen heen en het geraas van de waterval is nu goed te horen. We komen uit op een ander, lager uitkijkpunt en hier kunnen we van boven de waterval eindelijk zien. Even blijven we staan om het water naar beneden te zien storten. Ik verbaas me er altijd weer over met hoeveel kracht het water naar beneden dondert. De waterval verandert voortdurend als je het water met je ogen blijft volgen en het letterlijk ziet vallen. Het blijft een indrukwekkend schouwspel. Ik zou er zo uren kunnen doorbrengen.
Het pad gaat nog verder naar beneden, met moeite wend ik mijn blik af van de waterval om het pad verder naar beneden te volgend. We lopen weer een stukje door het bos en verliezen het zicht op de waterval. Uiteindelijk komen we aan de zijkant van de waterval uit. We kunnen nog verder naar beneden, steiler dan eerst en we moeten weer de nodige boomwortels trotseren. Eenmaal beneden, lopen we naast de rivier naar een verhard strandje. We zijn omringt door groen. De heuevels om ons heen zijn bedekt met voornamelijk naaldbomen. Her en der liggen aangespoelde takken en bomen op het strandje.
We dopen de boomstam om tot bank en rusten uit van de wandeling. Het uitzicht is prachtig. De bergen op de achtergrond, de waterval omgeven door de bomen. Het mooie is, dat we deze plek helemaal voor ons zelf hebben. Wat een rust, afgezien van het geluid van de waterval, is er niets anders. Voor ons gevoel zijn we mijlenver van de bewoonde wereld en misschien is dat ook zo. Niemand anders waagt zich aan het steil pad naar beneden.

We zien ons hier wel kamperen compleet met kampvuur. Wouter zet woord bij daad en verzamelt kleine takken voor het kampvuur. We missen alleen de marshmallows nog en we moeten het doen met wat koekjes of crackers. Op dit moment hebben we meer niet nodig, het uitzicht is fantastisch.