De Rattenvangen van Hamelen
Op de terugweg naar huis, lassen we altijd een tussenstop in bij een leuk dorp of stad. Zo ook vanuit het Harz in Duitsland. Als ik naar de route kijk, valt mijn oog meteen op een bekende plaatsnaam: Hameln. Na wat zoeken op Google, blijkt dit het stadje van de beroemde rattenvanger te zijn. Daar wil ik wel eens een kijkje nemen. Dus zo gezegd, zo gedaan.
Als we door de stad lopen, zien we al gauw het standbeeld staan van een jonge man met een fluit midden in de winkelstraat. Ook zijn er koperen ratten te vinden tussen de staatstenen. Iedereen kent het verhaal wel van de man die met zijn fluit een stad verloste van een rattenplaag en vervolgens ook van de kinderen toen de burgers weigerden te betalen. Wat ik niet wist, is dat het verhaal ook een kern van waarheid bevat. Op 26 juni 1284 zijn er dus kinderen uit deze plaats verdwenen. Er is weinig over de gebeurtenis zelf bekend, behalve het feit dat de kinderen op weg waren naar de Koppenberg. Daarna is er niets meer van hun vernomen. Door de jaren heen zijn er steeds meer elementen aan het verhaal toegevoegd totdat het de legende werd die we nu kennen.
Heel lang geleden, in 1284, werd het stadje Hamelen geteisterd door ratten. In groten getale renden ze overdag over straat, ze drongen huizen binnen, aten al het eten op en brachten ziektes met zich mee. En ook ’s nachts zorgden ze voor veel overlast, niemand in de stad kon nog een oog dicht doen met al dat gepiep en gescharrel in huis. De ratten zaten werkelijk overal. Er was niets te beginnen tegen de plaag: gebeden haalden niets uit, de honden en katten waren niet opgewassen tegen de knagers en zelfs gif hielp niet. De ratten kwamen altijd in grotere aantallen weer terug. De inwoners van Hamelen zaten met hun handen in het haar.
Tot er een rare snuiter in de stad op dook. Met zijn vreemde en kleurrijke kleding was hij een opvallende verschijning. Op zijn fluit floot hij steeds hetzelfde deuntje en zong: ‘Wie leert ziet gewis, wie of dit is: De rattenvanger.’ De vreemde man met zijn kromme neus en een snor, die verdacht veel leek op een rattenstaart, bleef op het grote marktplein staan en zong vrolijk verder. Hij beloofde de stad dat hij hen zou verlossen van alle ratten. Voor slechts 1 schelling per rat. De mensen van Hamelen vonden dit wel een heel hoge prijs. Ook mompelden de bevolking dat het vast wel een tovenaar zou zijn. Is deze rare snuiter wel te vertrouwen?
Wie leert ziet gewis, wie of dit is: De rattenvanger.
De burgemeester haalde zijn schouders op en ging akkoord met de vreemd uitziende man. De rattenvanger zei dat hij zou beginnen als de maan hoog aan de hemel stond. Hij vroeg de inwoners van Hamelen allemaal om binnen te blijven. ’s Avonds keken de mensen vanuit hun raam toe en zagen de rattenvanger op het marktplein staan. Hij zette zijn fluit weer aan zijn lippen en speelde het deuntje. Van alle kanten kwamen de ratten op de muziek van de rattenvanger af. Het duurde niet lang of op het marktplein wemelde het van de ratten. Daarna draaide de rattenspeler zich om en al spelend liep hij naar de rivier vlak buiten de stad. ‘Hup hup,’ riep de rattenvanger en wees met zijn vinger naar het water. Er verscheen een draaikolk in de rivier en de ratten sprongen een voor een in het water.
Die nacht konden de mensen van Hamelen eindelijk weer eens in alle rust slapen. De volgende morgen ging de rattenvangen terug naar het marktplein om zijn beloning in ontvangst te nemen. De mensen van Hamelen waren opgelucht dat alle ratten waren verdwenen. Het enige wat knaagde was de hoge prijs die ze moesten betalen. ‘Alle ratten zijn weg,’ zei de rattenvanger, ‘er waren 999.999 ratten. Ik kreeg 1 schelling per kop.’
De burgemeester antwoorde sluw: ‘Een schelling per kop is een kop per schelling. Waar zijn de koppen?’ De rattenvanger werd boos en zijn ogen schoten vol vuur. ‘Die koppen liggen op de bodem van de rivier, ga zelf maar kijken.’ De burgemeester vond dat de rattenvanger niet aan de voorwaarden had voldaan, dus weigerde hij de beloning te betalen. In plaats daarvan bood hij de rattenvanger een schamele 50 daalders aan voor de moeite. De rattenvanger sloeg dit aanbod af. ‘Houdt uw beloning maar. Als u mij niet betaald, zullen uw kinderen mij betalen.’ Met deze woorden draaide de rattenvanger zich om en verliet Hamelen.
Iedereen in Hamelen was blij met de goede afloop en ze dachten niet meer aan de woorden van de rattenvanger. Hoe konden hun kinderen hem in vredesnaam betalen? De volgende dag was het zondag en gingen de mensen in Hamelen naar de kerk. Hun vreugde verdween als sneeuw voor de zon toen ze weer thuiskwamen. Hun kinderen waren verdwenen. ‘Onze kinderen! Waar zijn onze kinderen?’ Luidde het door alle straten. Er werd overal gezocht tot er opeens drie kinderen de stad in kwamen en de mensen konden vertellen wat er was gebeurd.
Als u mij niet betaald, zullen uw kinderen mij betalen.
Tijdens de kerkdienst werden de kinderen aangetrokken door prachtige klanken. Net als de ratten. Alle jongens en meisjes waren zingend en dansend achter de rattenvanger en zijn fluit aan gelopen. Tot ze bij de Koppenberg aankwamen. De berg opende zich en alle kinderen liepen de berg in achter de rattenvanger aan. Daarna sloot de berg zich weer. De drie overgebleven kinderen konden het navertellen omdat ze te langzaam waren. Eentje was kreupel en kon niet snel genoeg lopen, de tweede had zijn teen gestoten en hinkte er achteraan en de derde botste tegen de wand van de berg aan toen hij naar binnen wilde gaan en viel achterover. Op dat moment sloot de berg zich en kon hij er niet meer in.
De ouders waren woedend en renden naar de Koppenberg. Dagenlang zochten ze naar hun kinderen. Tevergeefs! Niemand heeft ooit nog iets van de kinderen vernomen. Totdat … 150 jaar later kwam er een groep kooplieden uit Bremen aan in Hamelen. Tijdens hun reizen waren ze een groep mensen in Transsylvanië in Roemenië tegengekomen. Deze mensen spraken alleen maar Duits, terwijl alle andere mensen die om hun heen woonden Roemeens praatten. Een van hun had verteld dat ze oorspronkelijk uit Duitsland kwamen en dat ze geen idee hadden hoe ze in dit vreemde land terecht waren gekomen. De kooplieden uit Bremen opperden dat dit de afstammelingen van de verdwenen kinderen moesten zijn. Ook de inwoners van Hamelen twijfelden er niet aan. Na 150 jaar waren de kinderen van Hamelen toch nog terecht.